Teamwedstrijden pupillen

Een stedenwedstrijd is een teamwedstrijd waarbij iedereen dezelfde onderdelen doet. Per wedstrijd is er een resultaat per ploeg, en er is een persoonlijke uitdaging om limieten te halen. De wedstrijd is in verschillende steden en in september is er een 'finale' voor teams.

Zoals ook bij de proeftrainingen is aangegeven doe je ook bij atletiek mee aan de teamwedstrijden. Alle U12 en U10 (A- en B-pupillen) doen zeker twee keer per jaar mee met de stedenwedstrijden. Er is namelijk veel te leren op deze wedstrijden: clubgevoel, teamgenoten aanmoedigen, het overkomen van drempelvrees en/of het leren omgaan met teleurstellingen. Daar zijn dit de ideale dagen voor. Voor U8 en U9 (mini- en C-pupillen) stimuleren wij dat zij meedoen aan de baanwedstrijden. We doen mee aan de stedenwedstrijden Athletics Champs. Zie het volgende tabblad als je daar meer informatie over zoekt (en over de limieten).

Waarom zou ik (mijn kind) meedoen?

Het is leuk. Het is ook nog eens een laagdrempelige manier om met wedstrijden te beginnen. Je leert ook je atletiekgenoten nog eens beter kennen en dat werkt weer lekker mee bij het pupillenweekend. Opeens begrijp je ook waarom je nu eigenlijk traint. Hadden we al gezegd dat het gewoon leuk is? En.. je krijgt een medaille als je 2x meedoet.

Data en inschrijven Athletics Champs

De wedstrijden beginnen om 11 uur en zijn om 14 uur afgelopen. Houd rekening met reistijd en 45 minuten verzamelen en warming-up voor de wedstrijd. Voor 2025 zijn de dagen nog niet bekend. Dit wordt hier bekend gemaakt. Meestal is er een wedstrijd in april, mei, juni en september.

Inschrijving van de kinderen vindt plaats via een apart formulier bij de wedstrijdsecretaris-uit pupillen en zij schrijft de teams in op atletiek.nu.

Wedstrijd-uit pupillen

Mail de wedstrijd-uit bij bijzonderheden.

Wat is Athletics Champs?

De stedenwedstrijden Athletics Champs zijn anders dan de volwassen atletiek op de volgende punten:

1. De kinderen zijn ongeveer 3 uur (inclusief pauze) aan het sporten en blijven daarbinnen bezig. Het is vergelijkbaar met een lange training. Dus niet 1x sprinten en dan een uur vrij, maar tijdens 20 minuten zo vaak mogelijk een sprintje trekken als jij wilt (en je aan de beurt bent). Of niet drie keer balwerpen, maar tot de tijd op is. Bij hoog en hurkhoog (verspringen over een soort horde) zijn de latten snel herstelbaar. Je mag binnen de tijd telkens opnieuw proberen, ook al heb je de lat 3x afgesprongen. Ze doen 7-8 onderdelen.
2. Speelsere onderdelen. Hurkhoog is een onderdeel waar kinderen gestimuleerd worden om omhoog af te zetten. Er is ook een speelsere vorm van polsstokspringen, namelijk polstokverspringen in de zandbak. Oudere pupillen hebben een oefendiscus (met een gat erin) en topper is natuurlijk het vortexwerpen of raketwerpen. Kogel doen de jongere pupillen niet, maar ze stoten met een kleine zware bal. Er zijn verschillende estafettevormen en aan het eind is er altijd een 4- of 6-minutenloop. Hierin starten kinderen aan beide kanten van de baan, en is er dus niemand 'laatste'.
3. Je bent met je team. Je blijft bij elkaar, doet dezelfde onderdelen en hebt tegelijkertijd pauze. De beste prestaties bij elk onderdeel tellen telkens mee voor het resultaat van het team. Maar de prestatie van het team worden door iedereen gevierd. Omdat elk team in een poule met maar 3 andere teams zit, is het vrij makkelijk om een voor kinderen leuk resultaat te halen.
4. Het gaat om atletiek leren. Het gaat niet om wereldrecords. Het gaat erom de kinderen bezig te houden. We gaan dus niet heel precies alles opmeten. Ook helpen ouders mee bij het oproepen, klaarzetten, meten en opschrijven. Maar, ook al hebben ze geen jurydiploma, alle ouders doen wel hun best om eerlijk op te meten.

De instructiekaarten voor de onderdelen van Athletics Champs staan hier. Dat geeft alvast een beeld. De clubdag in oktober wordt ook volgens dit principe georganiseerd. Soms is er in maart een interne oefenwedstrijd op onze baan.

Limieten en medaille

Naast het ploegresultaat per wedstrijd, is er voor de atleten zelf ook een uitdaging over het hele seizoen. In dit geval gaat het er om of je aan het eind bepaalde bronzen, zilveren of gouden limieten hebt gehaald per onderdeel. Heb je bijvoorbeeld voldoende zilveren limieten gehaald, dan krijg je een zilveren deelnemersmedaille. Er zijn vier wedstrijden met twee programma's. Je moet dan in ieder geval wel aan twee wedstrijden met een verschillend programma hebben meegedaan. Je moet voor elk onderdeel in de tabel een uitslag. De herinneringsmedaille zonder extra kleurtje krijg je als je minimaal twee keer hebt meegedaan (ook de finale telt mee).

Medailleregels voor de C (mini)- & B-Pupillen (respectievelijk U8(U9)- &U10):

• Gouden medaille: minimaal 5 x goud en de overige prestaties ten minste zilver
• Zilveren medaille: minimaal 5 x goud of zilver en de overige prestaties ten minste brons
• Bronzen medaille: minimaal 5 x brons
• Deelnamemedaille: alle andere gevallen, bij deelname aan minimaal 2 wedstrijden
• Voor de C- en B-pupillen zijn er per atleet maximaal 2 “wildcards” toe te passen voor de zilveren en gouden medaille

Medailleregels voor de A-Pupillen (U11&U12):

• Gouden medaille: minimaal 6 x goud en de overige prestaties ten minste zilver
• Zilveren medaille: minimaal 6 x goud of zilver en de overige prestaties ten minste brons
• Bronzen medaille: minimaal 6 x brons
• Deelnamemedaille: alle andere gevallen, bij deelname aan minimaal 2 wedstrijden
• Voor de A-pupillen is er maximaal 1 “wildcard” per atleet beschikbaar voor de zilveren en gouden medaille

Aanvullingen

• Als aan onderdelen vaker is deelgenomen telt het beste resultaat.
• Indien op een onderdeel geen uitslag wordt gehaald, betekent dit dat niet aan een bronzen limiet is voldaan.
• Bij tijdregistratie wordt de uitslag met de hand afgerond op 1 decimaal, en dit wordt ook gebruikt voor het bepalen van de behaalde limieten.
• Om te voorkomen dat een minder goed resultaat op slechts 1 onderdeel de "kleur" van de medaille sterk (nadelig) beïnvloedt, geldt de volgende "wildcard" regeling: Om in aanmerking te komen voor een zilveren of gouden medaille, is het toegestaan dat er voor de A-pupillen op 1 onderdeel of voor de C- en B-pupillen op maximaal 2 onderdelen een resultaat is behaald dat niet aan de eerder genoemde medailleregels voldoet, mits het minimaal aantal zilveren respectievelijk gouden resultaten nog steeds behaald is en er op alle onderdelen een resultaat is behaald.

De uitslag van de medailles wordt op de laatste wedstrijd berekend, waarna ze zo snel mogelijk worden uitgedeeld.

Prestatieklassement

Ook dit jaar houden we een prestatieklassement bij, met aan het einde van het baanseizoen een prijsuitreiking. De prestatieprijs gaat over inzet en jezelf verbeteren, Pallas stimuleert dit graag. Je kunt een punt krijgen door mee te hebben gedaan aan een bvc-wedstrijd, voor de eerste keer een onderdeel doet op een baanwedstrijd op de Wageningse baan en de stedenwedstrijden in onze regio. Elke keer als je de prestatie op een onderdeel verbetert, krijg je weer een punt. De nummers 1, 2 en 3 van het prestatieklassement krijgen een beker. Bovendien is er een mooie wisselbeker waar de nr. 1 op komt te staan.

Communicatie rond een stedenwedstrijd / tijden

De week voor de stedenwedstrijd wordt de teamindeling, het chronoloog (het tijdschema) en het rij- en juryschema rondgestuurd. De dagen zelf beginnen om 11 uur. We zijn er 45 minuten van te voren aanwezig. Op die manier kan iedereen zijn startnummer opspelden, de juryvergadering bezoeken, opwarmen en hebben we rustig te tijd de baan te verkennen. Het einde is rond 14 uur. We sturen een appje wanneer de auto's weer vertrekken naar Wageningen (indien van toepassing). Dan kunnen de kinderen op tijd opgehaald worden van de Bongerd.

Teamindeling

Er zitten vrijwel altijd mensen van je eigen trainingsgroep bij je in het team. In principe zijn de teams gekoppeld aan de leeftijdscategorie en blijven ze gedurende het jaar enigszins gelijk. Maar dit kunnen we niet helemaal garanderen.

Kledingadvies

Bij wedstrijden dragen we ons clubtenue: een groenwit hemd en een zwarte broek. Dit is omdat we graag een teamgevoel willen laten zien. Heb je nog geen clubtenue, vraag eens rond voor een tweedehands shirtje (bijvoorbeeld in de appgroep) of ga naar Runnersworld Ede (Kuipersplein) om een nieuwe te kopen  (in de orde grootte 30 euro). Het is niet erg als het een keer niet lukt, maar ja, met clubtenue presteer je beter! Let op met het startnummer, graag op de buik en het logo van Pallas onbedekt laten.

In de praktijk lopen de kinderen bijna de hele dag in een legging/tight zonder overbroek (die trekt namelijk lastig aan en uit en ze zijn continue bezig). Bij nat weer echt een softshell/regenjas meegeven en een warme trui. Droge sokken wil ook wel eens fijn zijn.

Tips

• Schrijf in alle kleren en schoenen de naam, of plak er een naamsticker in. Dit geldt ook voor bidons, etensbakjes, tassen, boekjes, etc.
• Geef niet of weinig snoep mee, maar eventueel wel een euro voor een waterijsje na afloop. Tomaatjes, komkommer, dadels, nootjes zijn goede alternatieven.
• Geef water in een eigen fles mee en geen drinkpakjes met veel suiker.
• Verzamel veiligheidsspelden in een bakje, en neem dat bakje mee naar wedstrijden.
• In ieder geval bij metersmaken en de estafettes mogen van de Atletiekunie geen spikes gedragen worden. Over het algemeen levert het gebruik van spikes bij (jongere) pupillen ook weinig op.
• Vergeet de anti-zonnebrand niet.
• Kom ook een keertje kijken/meehelpen.

Contactouders

Contactouders dragen bij aan de organisatie door de juryindeling te maken en rijschema's te maken. De contactouders ontvangen op tijd de deelnemers per wedstrijd en maken de definitieve indeling met de juryleden en chauffeurs. Er is per jaar een contactouder voor de A's nodig en een voor de BCmini. De contactouder hoeft niet per se mee naar een wedstrijd.

Helpen en rijden

Per team van ongeveer 10 kinderen zijn er minimaal 2, maar liefst 3, juryleden nodig die de hele tijd bij het team blijven en de prestaties opmeten en noteren. Het gaat bijvoorbeeld om het klokken van de tijden, het meten van de afstanden, latten opleggen, harken, materiaal heen en weer brengen en dergelijke. De organiserende organisatie stelt so wie so minimaal 2 eigen juryleden per team verplicht. Je helpt als jury altijd mee bij je eigen kind of bij een van je eigen kinderen. De contactouders maken de indeling van wie bij welke ploeg meegaat.

Ons doel is altijd een ervaren begeleider bij een team mee te sturen, maar dan moeten ouders zich daar natuurlijk ook zelf voor inzetten om ervaren te worden (lees een keer de instructiekaarten voor de onderdelen van Athletics Champs, help mee met een oefenwedstrijd). Daarnaast zijn er enkele trainers aanwezig bij de wedstrijd, zodat van daaruit iemand snel bijgeschoold kan worden.

Het is handig als de juryleden ook gelijk kunnen rijden, zodat we efficiënt de auto's en ouders kunnen inzetten. Houd er als ouder rekening mee dat je van de 4 wedstrijden 2 keer opgeroepen kan worden (daarbij houden we rekening met wat je opgeeft, en wat de reden is dat andere ouders niet kunnen). N.B. Als je niet kunt meehelpen en/of rijden, laat het geen belemmering zijn om je kind mee te laten doen! Er zijn ook andere klussen bij Pallas waar je kunt helpen, bijvoorbeeld bij trainingsactiviteiten (Lichtjestraining, Pupillendag, etc).

Bij wedstrijden in Wageningen en Ede wordt er niet gezamenlijk gereden.